EN 1496: 2017 Testen van reddingshulpmiddelen

EN 1496: 2017 Testen van reddingshulpmiddelen

Reddingsliften worden gebruikt om iemand te redden en hem van lager naar hoger te tillen. Er zijn 2 klassen reddingsmiddelen, klasse A die alleen wordt gebruikt om te heffen en ook klasse B die beperkt neerlaten mogelijk maakt. Deze apparaten kunnen individuele apparaten zijn of geïntegreerd in PBM-items zoals landingsapparaten, intrekbare touwen of verankeringsapparaten.

EN 1496: 2017 Testen van reddingshulpmiddelen

ergonomie

Hijsmiddelen voor reddingsacties moeten een handgreep of iets soortgelijks bevatten waarmee de persoon die wordt gered kan worden getakeld. De kracht die nodig is om dit liermechanisme te bedienen, moet minder zijn dan 250N bij testen met maximale nominale belasting.

Functie (alleen Klasse A)

Deze test vereist volledige verwijdering van de reddingshijslijn. Een testmassa die 1,5 keer de maximale nominale belasting is, wordt vervolgens op het apparaat gehesen totdat alleen de lijn van 1 m is verwijderd. Wanneer de hendel op dit punt wordt losgelaten, wordt de remweg gemeten. Deze test wordt vervolgens herhaald met een massa van 30 kg, waarna beide gewichten opnieuw worden getest nadat de bergingshefinrichting in water is geconditioneerd.

Dynamische prestaties (alleen klasse B)

Voor alle toepasselijke apparaten wordt de maximale nominale belasting toegevoegd aan de bergingslijn en gedaald door een aanvankelijke vrije val van 4 mm met de 600 m-lijn verwijderd van het apparaat. Het apparaat moet de massa stoppen en de stopkracht onder de 6kN houden. Na deze test wordt de massa omgezet naar 1.5 keer de maximale nominale belasting en wordt de bovenstaande functietest uitgevoerd.

Statische sterkte

Alle producten worden onderworpen aan trektests. De vereiste testkracht is minimaal 12 kN of 10 keer de maximale nominale belasting, welke van beide het grootst is. Om de treksterkte van het product de in de norm gespecificeerde sterkte te laten overschrijden, wordt de trekkracht gedurende minimaal 3 minuten uitgeoefend en vastgehouden.

Corrosieweerstand

Metalen componenten die worden gebruikt in valbeveiligingsapparatuur worden onderworpen aan een neutrale zoutsproeitest om een ​​minimale weerstand tegen omgevingscorrosie (vooral roest) aan te tonen. Producten worden bewaard in een afgesloten compartiment gevuld met zoutwaterdamp, wat corrosie kan veroorzaken in onbeschermde metalen. De producten worden 48 uur blootgesteld en vervolgens onderzocht op corrosie en functie.

Copyright © 2020 | EUROLAB Laboratoriumdiensten | Alle rechten voorbehouden.
WhatsApp